Gitijgetje
Bedacht en geschreven door Nico Koning
Hoe de giraf aan een tijgerpakje komt
Het land van Zjifi en Tigor
“PrettigLand”. Die naam klinkt al lekker, toch? PrettigLand is het fijnste land op aarde. Het is heel dicht bij de zon. Niet té dichtbij maar net genoeg. Daarom is het er warm, soms heel warm en er valt maar weinig regen. En als die regen dan wél valt, dan gebeurt het ook met een “plons”. Heel veel water in één héél grote regenbui. En natuurlijk wonen er in PrettigLand ook allerlei dieren.
Je vindt in PrettigLand bergen, bossen, ja, zelfs oerwouden en grote platte stukken land waar je heel ver kunt kijken. Nou ja, als je over de bomen heen kunt kijken, want die zijn er ook. En sommige van die bomen zijn super oud en hoog. En gras, ja, pfff, veel gras en dat gras is ook nog eens best hoog. Soms zo hoog als je benen of nóg hoger! Dan kun je er bijna niet overheen kijken.
In PrettigLand zijn ook rivieren en grote plassen met water. En soms is er zelfs een waterval in de bergen met onder aan de waterval een grote plas. Met lekker veel water natuurlijk. En dan stroomt dat water uit de plas naar een rivier of nóg een waterval.
Daar komen dan de dieren om te drinken. Of hun gezicht en hun poten te wassen. Soms gaan zij er zelfs lekker in bad. Dan kriebelt het vaak wel door de vissen in het water. De dieren komen niet om hun tanden te poetsen. Dat doen dieren niet, want zij eten altijd gezond!
Wie is Zjifi
Stel Zjifi de giraf even voor
Één van de diersoorten die wonen in PrettigLand zijn de giraffen. Weet je wel, die dieren op hele lange poten met een héél lange nek. Op die lange hals heeft de giraffe een kop met twee korte hoorns. En zij hebben ook van die mooie bruine vlekken in hun vacht. Het zijn net een soort eilandjes.
Ja, heel bijzonder zijn giraffen. Omdat zij met hun lange poten en hun lange nek héél hoog komen met hun kop, kunnen zij ook heel ver kijken. En vruchten plukken die hoog in de bomen hangen.
Een kleine groep giraffen stond samen bij een grote boom vol met heerlijke vruchten aan de takken. Één van de giraffen was het langste van allemaal. Die kon dicht bij alle vruchten komen met zijn hoofd. Ook bij de hoogste in de boom.
“Zjifi, kom eens hier bij mij! Hier zijn heel lekkere vruchten, alleen, ik kan er niet bij!”. Een kleinere giraffe stond al op de achterste benen en kon tóch niet die lekkere vruchten pakken die daar aan de boom hingen.
Je snapt nu natuurlijk wel wie Zjifi is hè! De langste van allemaal. Zjifi keek naar beneden en zag het probleem van het kleine girafje. “Je nek is niet lang genoeg nog hè! Je kunt er niet bij!”, sprak Zjifi.
“Ja, duhhh!”, antwoorde de kleine giraffe, “Je snapt toch wel dat ik je wil vragen of jij ze voor mij kunt pakken. Dan kan ik ze lekker opeten”.
Zjifi keek even naar de kleine giraf en dacht diep na. “Ja,” zei hij toen, “die zijn lekker inderdaad. Die lust ik ook wel!”. “Zullen we samen delen?” sprak Zjifi. “Kijk, snap je, ik moet mijn nek helemaal naar beneden doen. Dat is veel werk want die moet ook weer omhoog. Dus ik verdien dan ook wel een paar vruchten. Toch?”
De kleine giraffe wilde protesteren maar hield slim de mond dicht en dacht even na. Om die lekkere vruchten te krijgen was het best wel waard om Zjifi ook een paar vruchten te laten houden. “Oké, je hebt gelijk Zjifi. Dan delen we de vruchten. Ik een beetje meer dan jij, want ik moet er nog van groeien” sprak de kleine giraffe.
Zjifi was verbaasd over het antwoord van die kleine giraf. Was dat nou brutaal of was dat nou slim? Nu moet je natuurlijk weten dat giraffen hele slimme dieren zijn. En Zjifi dacht daarom dat de kleine giraffe heel erg slim zou worden later! En dat is goed voor alle giraffen, zo een slimmerik erbij.
Om de kleine slimmerik te belonen zei Zjifi “Oké, dat is een slimme afspraak” en hij boog zijn lange nek naar de heerlijke vruchten. “Mmmm, wat een heerlijke geur en wat zijn ze mooi” dacht hij met zijn hoofd er heel dichtbij.
Met zijn lange tong plukje Zjifi de vruchten en liet ze vallen op de grond. De kleine giraffe keek heel goed toe. Aha, ja, zo doe je dat met die handige giraffentong. “Later kan ik dat ook zo goed” dacht de kleine giraffe. De kleine giraffe verdeelde de vruchten die Zjifi op de grond liet vallen.
“3 voor mij. 1 voor Zjifi”, zo verdeelde de kleine giraffe de eerste vruchten. “Hé daar, wie doet nu het meeste werk?” sprak Zjifi. De kleine giraffe dacht even na en antwoorde heel slim “Jij Zjifi, jij doet het meeste werk en ik doe straks het meeste kauwen op de vruchten”.
Tja, dat antwoord vond Zjifi zo slim en grappig dat hij glimlachte en verder zijn mond hield. Zjifi was tenslotte ook wijzer en groter en zorgde goed voor familie en vrienden.
De Gieren
Op de grond leven veel dieren, net als in de lucht. Toch leven op de grond de meeste grote dieren. Omdat vliegen je heel moe maakt. Daar heb je vleugels voor nodig. Vogels hebben zulke handige vleugels. Bewegen met vleugels is heel zwaar werk. En niemand wordt graag heel moe.
Nu zijn er wel een paar héél handige vogels hoor. Die gebruiken de wind. Als de wind warm wordt van die heerlijke zon in Prettigland, dan blaast de wind omhoog, hoog de lucht in.
Die slimme vogels houden dan hun vleugels in een speciale vorm. De wind die onder en over hun vleugels blaast tilt de vleugels dan omhoog. Gewoon met die hele vogel eraan vast. En omdat de vogels daarop super trots zijn, hebben ze ook een mooi woord daarvoor gemaakt, “Zweven” noemen ze dat.
Zulke handige vogels zijn bijvoorbeeld de Gieren. Hele grote vogels zijn dat, die hoog in lucht rondjes vliegen. Cirkelen noemen ze dat. En dan kijken zij naar beneden wat daar gebeurt en of ze daar eten kunnen zien liggen.
Gieren houden niet zo van werken, snap je. Die wachten liever tot het eten gewoon op ze ligt te wachten. Gieren hebben hele goede ogen en daarom zien zij bijna alles op de grond. Ook wat er zo allemaal op de grond beweegt zoals dieren die daar lopen in het gras!
Maar je snapt het al. De enige dieren waar zij op letten zijn andere Gieren op de grond die daar heel druk dansen om een maaltijd. Want wie er als eerste bij is heeft natuurlijk het lekkerste stuk eten.
En wie is Tigor
Stel Tigor de tijger even voor
In het lange gras is het moeilijk om andere dieren te zien. Dat is best wel eens lastig als je je vrienden of je familie zoekt. Of eten! En om het nog moeilijker te maken trekken veel dieren speciale kleding aan zodat ze nog moeilijker te zien zijn. “Waarom dan?” zul je nu misschien denken.
Nou, eigenlijk is dat best eenvoudig. Omdat er dieren zijn die niet gezellig willen spelen of praten. Die willen je plagen, echte pestkoppen. Omdat zij zichzelf heel stoer vinden. En sommigen willen zelfs vechten of andere dieren opeten. Brrr, best wel een beetje eng.
Daar in dat hoge gras beweegt ook zo’n dier. Pfff, die is wel groot hoor. Op zijn 4 poten lopend, komt hij met zijn rug al bijna tot de helft van dat lange gras. Het lijkt wel op een grote kat. Wél een kat met heel mooie kleding aan. Beetje wit en geel van kleur. Met zwarte strepen die lopen van boven naar beneden.
Veel dieren zijn niet blij als hij in de buurt komt. Want dit is zo’n pestkop die wil vechten en je wilt opeten. Vooral als hij veel honger heeft. Dan wordt die heel chagrijnig en kijkt ook heel boos. En als je voor zijn voeten loopt dan gromt hij heel luid dat je opzij moet gaan voor hem. Dat klinkt dan als “GRRRRR” en dat betekent dan “OPZIJ ! Ik kom eraan en ik heb honger”.
Honger?! Ja, honger. Dat heeft hij heel vaak, deze tijger. En hij is heel sterk en groot, maar niet zo handig. Met lange witte tanden in zijn mond en heel lange snorharen naast zijn neus. Die haren borstelt hij elke dag heel zorgvuldig om er mooi en stoer uit te zien natuurlijk.
Omdat tijger vaak vér moet lopen door het stoffige gras heeft hij altijd één set extra strepen bij zich. Voor als hij vies is geworden van het jagen. Dan kan hij zo weer een schoon pak met strepen aantrekken. Begrijp je wel?
Tijger is meestal alleen. Dat vindt hij niet erg hoor. Dan is hij op zoek naar lekker smakende dieren die bijna voor zijn voeten lopen en die hij dan kan opeten. Of niet helemáál opeten, maar nog een stukje meenemen naar zijn familie. Zo aardig is hij dan soms wel.
Tijger heeft géén vrienden. Hij wil dat natuurlijk wel hoor. Alleen weten andere dieren niet of de tijger honger heeft of niet. Dus komen zij liever niet te dichtbij. Zij kijken altijd op een veilige afstand naar tijger als hij bij het water van een plas water naar zichzelf kijkt en soms wat water oplikt met zijn tong.
De andere dieren weten niet dat tijger een geheimpje heeft. Ja, echt waar. Hij is een beetje ijdel. Tijger kijkt graag naar zichzelf. Of zijn strepen goed zitten en zijn snor nog keurig naar links en rechts wijst en 2 haren aan iedere kant bijna recht omhoog wijzen. Dat ziet er heel belangrijk uit. Chique vindt hij zelf.
Ook kijkt hij vaak in de spiegeling van het water in de plas als hij daar komt drinken of in bad gaat. Dan controleert hij ook of de rimpels in zijn hoofd niet groter worden dan de strepen op zijn kop. Dat vindt tijger er raar uitzien.
Natuurlijk weet tijger dat andere dieren dan goed op hem letten en naar hem kijken. Om niet te laten merken dat hij ijdel is likt hij met zijn tong dan wat water op. De rimpels in het water laten dan zijn geweldige tijgerkop verdwijnen in de golfjes die zijn tong heeft gemaakt.
Tijger weet wel bijna zeker dat al die golfjes zijn geweldige spiegeling ‘meenemen’ om te laten zien aan alle andere dieren die de golfjes zien. Ja, zo ijdel is hij wel die Tigor, want dat is zijn naam! TIGOR. Stoer hé die naam. Als hij brult dan denk je ook direct, dat is TIGORRRRRR!
Vrienden worden
Van al dat verre lopen in het gras had Tigor enorme honger gekregen. Het was best moeilijk voor hem om een lekkere hap te vinden. Natuurlijk ging er niet één dier gewoon op zijn bord liggen om te worden opgegeten. Haha, nee echt niet hoor. Flinke pech dus voor Tigor. Hij moest echt wel jagen op andere dieren. En dat valt echt niet mee.
Andere dieren zijn natuurlijk ook best slim en verstopten zich zodra Tigor dichtbij kwam. Als iemand Tigor zag, dan waarschuwden zij de andere dieren. Dan was het een lawaai van je welste. Nou, daar wordt Tigor dus heel chagrijnig van. Snap je?
Dus Tigor moet heel stiekem héél dichtbij proberen te komen. “Sluipen”, zo noemt hij dat zelf. En dat kan Tigor goed hoor. Met zijn gestreepte pak aan wordt hij in het hoge gras soms bijna onzichtbaar.
Zo op een dag gebeurde het dat Tigor bijna zijn kop stootte tegen iets dat niet op gras leek maar op iets anders. “Huh, wat is dat?” dacht hij. Hij keek eens beter! Dat leek wel een, jawel, een poot en aan poot zit lekker vlees! Maar dit was wel een héél lange poot.
Tigor keek langzaam omhoog waar die poot naartoe ging. Toen hij helemaal naar boven keek zag hij een verschrikt gezicht met grote ogen en een paar rare hoorntjes op de kop, naar beneden, naar hem kijken! Het was Zjifi, de giraf!
Zjifi was flink geschrokken. Zjifi had niet opgelet tijdens het plukken van de heerlijke vruchten uit de boom. Zjifi moest goed opletten op de scherpe stekels van de boom. De boom beschermde daarmee natuurlijk zijn vruchten. Slim toch?
Gelukkig kon Zjifi de stekels met zijn lange en handige tong gemakkelijk ontwijken. En zo, toch de vruchten plukken en lekker in zijn mond stoppen. Maar ja, opletten en eten daar was Zjifi niet zo heel goed in.
Zjifi wilde weglopen. Maar Tigor gromde “Blijf staan jij! Jij ziet er lekker uit. Alleen een beetje groot! Te groot voor mijn buik”. Tigor wilde Zjifi wel opeten. Alleen paste Zjifi echt niet in zijn buik. “Ik zou wel een stukje van je kunnen opeten!” gromde hij weer.
Zjifi die nu een beetje van de schrik was bekomen dacht heel snel na en zei, “Jij bent zeker Tigor. Ik heb van je gehoord. Jij eet dieren op die je eerst moet vangen. Maar mij heb je toch niet gevangen! Dat was gewoon geluk. Je hebt er nog niets voor gedaan. Bovendien pas ik inderdaad helemaal niet in je buik. Het is toch zonde om alleen een stukje van mij te eten. Ik heb een veel beter idee”!
Tigor was verbaasd en ook een beetje trots dat de giraf zijn naam kende. En nog meer verbaasd omdat die giraf zo brutaal was. Toch wilde Tigor weten wat het idee van die giraf was. Want ja, inderdaad, die giraf was veel te groot voor zijn buik. “Hoe heet jij?” gromde Tigor naar de giraf. “Uhh, Zjifi is mijn naam” sprak Zjifi.
“Zo zo, Sssjifi” gromde Tigor. “Nee, Zjifi, met een Zzzz van Zzzzzzonnig!” verbeterde Zjifi Tigor. Tigor werd boos. Wat een brutaliteit om hem te verbeteren. Hij was notabene een tijger. “GRRRRRRRR, vertel nu maar dat idee van je. Als het een goed idee is, dan eet ik je misschien niet op!”
Zjifi kon heel ver kijken omdat hij zo lang was. Daar kon hij nu heel handig gebruik van maken. “Kijk meneer Tigor, kijk eens hoe hoog mijn hoofd boven het gras uit steekt. Zelfs boven deze boom”. Tigor keek en inderdaad, die Zjifi kwam heel hoog in de lucht met zijn hoofd. Het leek wel tot in de wolken! “Ja, ik zie het, fantastisch, geweldig en, en, en?” gromde hij naar Zjifi. “Nou, ik zie dus wat jij niet ziet” sprak Zjifi tegen Tigor.
Tigor werd nu heel ongeduldig. Wat dacht die giraf wel niet. Tigor fronste zijn wenkbrouwen, die strepen boven zijn ogen, en gromde: “Probeer jij een grapje met mij te maken? Zal ik alvast een stukje van je proeven?”. “Nee, echt niet. Het is simpel. Je snapt het niet!” zei Zjifi. “Wat, echt wel! Ik ben slim genoeg hoor! Jij ziet wat ik niet zie!” zei Tigor.
Toen bleef het even stil. Zjifi zei niets en Tigor tilde weer zijn wenkbrouwen op! “Ahhh, ja, ik snap het. Jij ziet wat ik niet zie. Nou en?” gromde Tigor. “Nou, als ik zie wat jij wilt zien en ik het aan jou vertel, dan kan ik je de weg wijzen. Dan kun jij steeds gemakkelijk een heerlijk hapje vangen. En dan hoef je mij niet op te eten” sprak Zjifi die even naar zijn poot keek. Hij was best wel blij met die lange poten. Een hapje voor Tigor worden was geen goed idee.
Tja, dat idee had Tigor eerlijk gezegd zelf niet bedacht. Handig hoor, hij kon dus maaltijdjes vangen met behulp van die Zjifi, die giraf. “Dat is een goed voorstel”, gromde Tigor, “dat gaan we dan zo doen. Ik eet jou niet op en jij kijkt voor mij of je lekkere hapjes ziet”.
Hoera. Een goede afspraak vond Zjifi zelf ook. Veel beter dan een lekkere hap voor Tigor worden. “Wat vind jij lekker?” vroeg hij aan Tigor. Nou, Tigor wist een heleboel dieren te noemen die hij lekker vond. Veel te veel om te onthouden.
Vanaf die dag liepen Tigor en Zjifi samen over de vlakten en heuvels en langs de bergen. Samen zochten zij naar lekkere hapjes. Zjifi naar vruchten en terwijl hij vruchten plukte keek hij ook om zich heen en zag soms een lekker hapje voor Tigor. Dan wees hij met een lange poot in de goede richting en dan ging Tigor jagen waar Zjifi hem had aangewezen. En heel soms wees Zjifi hem helemaal verkeerd. Om Tigor een beetje te plagen.
De wandeling
Samen waren zij heel vies geworden door de wind die heel veel stof in de lucht blies. Zjifi keek naar beneden en kon bijna Tigor niet meer zien. “Je strepen zijn helemaal verdwenen onder al het stof Tigor. Dat staat je heel leuk. Alsof je een kale tijger bent!”, zei Zjifi. Tigor nieste zand uit zijn neus. Een grote stofwolk kwam uit zijn neus en hij gromde “Grappig! Grappig vind je dat? Alle dieren lachen om mij als zij mij zo zien”.
“Ik moet nu onmiddelijk in een schoon bad” gromde Tigor weer. “Kun jij niet even kijken of je een mooie plas met water kunt zien?” gromde Tigor naar Zjifi. “Zoek maar een hele grote plas bij een waterval! Dan kun jij ook in bad met die lange benen. Dan smaken ze ook lekker!”.
“Hee, wij hebben toch een goede afspraak!” zei Zjifi. Hij zakte een beetje door knieën en zei: “ik zie niets hoor”. Tigor keek naar Zjifi met verbazing. “Niets?” gromde hij vfragend. “Nee, als jij een hap van mijn poten neemt word ik korter, zie je wel, net als nu. Dan zie ik niets!” Tigor zag nu dat Zjifi een beetje door zijn knieën was gezakt. “Oke, het was maar een grapje. Ga staan en kijk nu echt” gromde hij. Zjifi keek nu wel heel goed rond. Niets te zien dat op water in een plas leek. Zjifi ging op de achterpoten staan en jawel, daar in de verte glinsterde iets in de bergen.
“Ik zie iets. Het is alleen ver lopen hoor. Helemaal bij de bergen!” zei Zjifi. “Bergen, bergen, ik zie helemaal geen bergen” gromde Tigor. “Nee, natuurlijk niet” sprak Zjifi, “jij hebt veel te korte pootjes” antwoorde Zjifi. “Pootjes? Pootjes! Zal ik een stukje van jouw poten opeten, dan heb jij korte pootjes! Mijn poten zijn prachtig en geweldig en krachtig en échte tijgerpoten” gromde Tigor. “Schiet op, loop jij maar voorop, voor ik mijn geduld verlies en op een van jouw poten wil knabbelen” gromde Tigor weer.
Zjifi moest lachen om die mopperende Tigor. “Nou, vooruit. Loop maar achter mij aan. En niet aan mijn poten knabbelen. Dan worden die ook zo kort als die van jou. En dan zie ik hetzelfde als jij. Niets!”, sprak Zjifi
En zo vertrokken de beide vrienden naar de bergen waar Zjifi water had zien glinsteren. Het was echt een hele flinke wandeling en beide vrienden werden nog stoffiger. Zjifi keek naar beneden naar Tigor. Hij kon de strepen op zijn tijgerjas niet eens meer zien. Tigor leek wel op een stoffige poes. “Ik zal hem dat maar niet vertellen” dacht Zjifi en stapte flink door.
De waterpoel
“Zijn we er al?”, gromde Tigor. Tigor was vermoeid van de lange wandeling en niesde het stof met veel lawaai uit zijn neus! “Haa Haa HaaaaaaGRRRRR”! Alle dieren in de omgeving konden het horen en moesten er om lachen. Een grote wolk met stof vloog nu om Tigors hoofd.
“Ja, nog een klein stukje klimmen. We zijn er bijna. Ik zie het water al glinsteren” sprak Zjifi. “Volgens mij is het zelfs een plas en het water gaat denk ik naar een waterval!”.
“Ja, Ja. Prachtig allemaal” gromde Tigor. “Na zo’n lange klim naarboven wil ik maar één ding en dat is uitrusten in een lekkere plas met water. Dus opschieten!”
En jawel hoor. Zjifi had helemaal gelijk. Toen zij boven aankwamen waar Zjifi water had zien glinsteren, zagen zij een heel mooie en grote plas met water. Van boven van de berg kwam nog meer water stromen dat zo de plas in viel met veel gespetter. En aan de kant waar de berg recht naar beneden liep, daar stroomde het water over de rand diep naar beneden. Als je goed luisterde kon je het water horen vallen. Echt alsof het een hele lange weg naar beneden was.
Tigor slaakte een lange zucht “GGRHHHHHAAA, eindelijk! Heerlijk. Wat een mooie plas water”. Beide vrienden trokken snel hun stoffige kleding uit, gooiden de kleding op de rand van de plas en sprongen in de plas.
Dat was een grappig gezicht. Een naakte tijger en een naakte giraf die samen in een plas met water sprongen. “Nu wel even onze kleding schoonspoelen” zei Zjifi en gaf het goede voorbeeld. Het water werd er vies van maar stroomde gelukkig zo over de rand en verdween. “Doe jij mijn gestreepte jas ook maar” gromde Tigor, “ik zie dat jij dat heel goed kunt met die lange poten van je”.
Zjifi was heel aardig voor Tigor en waste ook die vieze gestreepte kleding. Alle kleding was weer helemaal schoon en Zjifi gooide het allemaal naar de kant. “JoeHoe” riep Zjifi, ” dat is klaar en nu lekker spelen en water drinken”. De kleding van de vrienden lag nu heel dichtbij bij de rand van de plas, bij de waterval! Oh, ohhh.
De waterval
Zjifi en Tigor speelden en spartelden wild in de plas. Ze spatten het water in het rond en grote golven water gingen over de rand van de poel. Alles werd daar nat en glad. “Zeg eens Zjifi, hoe hoog zijn we eigenlijk geklommen? Ik kan heel ver kijken vanaf hier” gromde Tigor, die met twee poten op de rand van de poel ging staan.
De rand van de poel was nu helemaal glad van het water geworden. “Schuif eens een beetje op” antwoorde Zjifi. Zjifi probeerde te gaan staan met zijn twee voorste poten op de rand. Maar de rand was nu ook glad en met één van zijn lange poten duwde Zjifi per ongeluk tegen de kleding van Tigor. En de kleding met alle mooie strepen viel in het water dat snel naar de rand, naar de waterval stroomde.
Tigor zag dat en gromde luid “GRRR, wat doe je nou? Daar gaan al mijn mooie strepen! Pak ze of …”. Maar het was al te laat! De strepen verdwenen bijna over de rand van de waterval. Ze bleven even hangen op een steen onder het water. “GRRR, schiet op. Pak mijn strepen want anders …” gromde Tigor weer. De boze en geschrokken Tigor dreigde Zjifi op te eten als die de kleding niet snel zou pakken!
Tja, als jij Tigor was, wat zou jij doen?
Zjifi was natuurlijk ook geschrokken. Maar zoals je weet zijn giraffen heel slim. Giraffen lopen met hun hoofd bijna in de wolken waar het veel kouder is. En daarom kunnen giraffen beter nadenken. “Tigor is echt een heethoofd” dacht Zjifi. En heethoofden kunnen heel onaardig zijn wist Zjifi heel zeker. Zjifi hield het hoofd koel en bedacht onmiddellijk een slim plan.
Heb jij al een idee wat Zjifi had bedacht? Nou, let maar
op!
Zjifi ging snel op al zijn vier poten staan en riep naar Tigor “ik zie je beneden” en direct daarna sprong Zjifi met zijn hoofd vooruit, over de rand, in de waterval naar beneden. Ja ja, echt waar hoor. Met twee poten dapper vooruit, sprong Zjifi nog helemaal in zijn blootje in de waterval. “Doe niet zo raar” gromde Tigor luid. Maar het was al te laat.
Tigor zag nog net de twee achterpoten van Zjifi verdwijnen in het water dat over de rand stroomde. Zjifi’s staart draaide nog een rondje boven het water en hup was ook die verdwenen. “GRRRR, wat een gekke giraf! Zelfs zijn gevlekte kleding heeft hij vergeten” gromde Tigor met een gemeen tijgerlachje. Tigor vond het eigenlijk wel leuk dat Zjifi in zijn blootje zo achter zijn kleding met strepen was gesprongen.
Zjifi kon niets zien door alle spatten van het water die in Zjifi’s ogen kwamen. Wel dacht Zjifi dat het plan succes zou hebben. Want Zjifi voelde zijn poten, hoofd en hals door de kleding met strepen schieten die met het water naar beneden viel. Zó snel was Zjifi. Echt super snel!
Onder aan de waterval was gelukkig nóg een heel grote plas met water. Dat had Zjifi helemaal niet gezien toen zij nog vol stof van het gras en zand op zoek gingen naar een mooie plas water. Dat kwam natuurlijk door alle stof in de lucht boven het hoge gras.
Met een plons kwam Zjifi aan het einde van de waterval in de grote plas met water. “Hé, best lekker. Het is zelfs lekker koel en toch niet koud.” dacht Zjifi. Zjifi voelde de kleding met de strepen van Tigor strak om zijn lichaam zitten. Mijn plan is helemaal geslaagd vond Zjifi en zwom naar de kant van de plas.
Kleding passen
Daar stond Tigor nog in zijn blootje al op Zjifi te wachten. Helemaal hijgend van het snelle lopen naar beneden. ‘Zo, jij bent er snel’, zei Zjifi met het hoofd nog net boven water. Het water in de poel was namelijk best wel diep.
“Ja, natuurlijk”, gromde Tigor, “niemand mag mij zonder mijn strepen zien! Iedereen lacht mij dan uit”. In zijn poten hield Tigor de kleding van Zjifi vast die hij had meegenomen. Helemaal van boven bij de plas en de waterval waarin Zjifi was verdwenen. Aan de kant aangekomen klom Zjifi voorzichtig uit het water. Hij wilde niet nog een keer uitglijden met zijn lange poten.
Terwijl hij uit het water klom hoorde hij een luid gegrom, “GRRRR”. Dat was Tigor! Tigor stond met een boze blik te kijken naar Zjifi en gromde onheilspellend. “Ik heb je niet gezegd dat je mijn kleding aan mocht trekken” zei Tigor met een grommende stem.
Zjifi die nu op de kant stond was verbaasd en vroeg aan Tigor, “Waarom ben je nu zo boos? Ik heb je kleding toch gered!”. Tigor antwoorde onmiddellijk en met een boze blik naar Zjifi zei hij, ‘Kijk eens naar jezelf, denk je dat mijn mooie zwarte strepen mij nog zullen passen?’.
Zjifi boog zijn hoofd nu naar beneden en naar opzij en keek nu voor het eerst naar zichzelf. “Ohhhh, wat leuk staat mij dat, sprak hij met een lachend gezicht, kijkend naar zijn gestreepte billen”. De broek van Tigor zat strak om zijn grote billen. Het hemd van Tigor was nergens te zien!
Wie hadden dat gezien?
De Gieren, die grote vogels, die kunnen zweven. Weet je nog? Daar had ik je al over verteld. Die hadden het allemaal zien gebeuren en zij vielen bijna uit de lucht van het lachen.
“Hahahaha, kijk daar nou eens! Tigor in zijn blote vel zonder zwarte strepen! En een giraf die lijkt op een heel rare tijger met een lange nek!” krijsten de gieren tegen elkaar.
Het was een flink lawaai daar boven in de lucht! Andere dieren op de grond keken verbaasd naar boven. Wat maakten die gieren een lawaai en waarom moesten zij toch zo lachen?
Tigor en Zjifi hoorden natuurlijk ook dat lawaai boven in de lucht en keken omhoog. Tigor herkende die Gieren. Ja, soms liet hij wat voedsel liggen op de grond als zijn buik al vol zat. En dan kwamen de Gieren om de restjes op te eten. Daarom vonden de Gieren dat Tigor wel een vriend van hen was.
“He, jullie daarboven, waar hebben jullie zoveel plezier over?” riep Zjifi naar de Gieren. Sommige Gieren rolden echt om van het lachen! Die giraf snapte toch wel dat het er geweldig grappig uit zag, een giraf met een tijgerbroek en een blote tijger zonder strepen! (Zie jij het al voor je?)
“Kun jij ook brullen? Net als Tigor?”, krijste een van de Gieren. “Haha, dat is inderdaad wel een grappig idee” dacht Zjifi, “dat ga ik eens proberen!”. “BHULEBLBLBLBLBLBL” klonk het uit zijn keel, terwijl zijn lange tong naar buiten kwam en er rare sprongetjes bij maakte.
Nu moest zelfs Tigor erom lachen. Wat een raar gezicht was dat die Zjifi. Een giraf in tijgerbroek die probeert een tijgerbrul na te doen. Tigor was super trots op zijn gebrul en liet iedereen horen hoe het wél moest. “GGGGRRRRRRRRRRrrrrrrrrr” klonk het luid uit zijn bek.
Gitijgetje
“Oké, allemaal genoeg gelachen nu” gromde Tigor naar de anderen. “Ik mis mijn hemd met zwarte strepen, die moet nog bovenaan bij de waterval liggen!” gromde hij. “Willen jullie mijn hemd en mijn reserve-strepen ophalen van daarboven?”, gromde hij naar de Gieren. “Dan beloof ik dat ik volgende maaltijd ook voor jullie wat lekkers laat liggen” beloofde Tigor aan de Gieren.
De gieren vlogen weg naar boven. Een extra lekkere maaltijd vonden zij een heel goed idee. Daarvoor wilden zij wel iets voor Tigor doen. En omdat de Gieren vrienden van Tigor zijn deden zij dat snel en kon Tigor zijn reserve-strepen aantrekken.
“Zo, en trek jij nu mijn strepen uit”, gromde Tigor iets minder boos naar Zjifi. “Je ziet er zo echt wel een beetje raar uit”, sprak hij. Ja, een goed idee vond Zjifi ook. Het had lang genoeg geduurd dit avontuur. Zjifi probeerde de gestreepte broek van Tigor uit te trekken. Met zijn lange voorpoten probeerde Zjifi de broek naar beneden te duwen.
Nou, dat lukt dus niet. De broek zit stevig vast om de Zjifi’s billen. Zjifi is zo snel door de broek geschoten in de waterval dat deze helemaal vast lijkt te zitten om zijn lijf. “Uhh, het lukt mij niet. De broek zit te strak! Je zult mij moeten helpen”, zei Zjifi tegen Tigor.
“Nou, let dan maar eens op!” gromde Tigor en nam een sprong omhoog naar de broekrand van zijn tijgerkleding. Met zijn grote klauwen pakte Tigor de rand stevig beet en bungelde zo in de lucht! Ja, alleen dat bungelen was niet genoeg. De broek bleef strak zitten om de billen van Zjifi.
De Gieren zagen Tigor bungelen aan zijn tijgerbroek en moesten er weer hard om lachen. De ogen van Tigor die omhoog keek naar de Gieren gingen heen en weer, van links naar rechts en van rechts naar links. “Nou lachen jullie maar,” gromde Tigor, “jullie zijn vast slim genoeg om mij te komen helpen!”. En dat was waar! De Gieren waren slim genoeg. Als zij Tigor niet zouden helpen, dan zou hij vast geen lekker hapje voor ze bewaren.
Weet je wat er toen gebeurde? De Gieren komen erbij! Zij gaan zitten op het hoofd van Tigor. Om zo nog meer gewicht te geven aan Tigor. Zie dat eens voor je in jouw gedachten! Een giraf met een tijgerbroek aan met zwarte strepen, Tigor die aan deze broek bungelt met twee Gieren op zijn kop en met zijn drieën bungelen zij daar dan heen en weer.
Zelfs een derde Gier kwam er nog bij. Maar niets bleek te helpen. “STOP,” gromde Tigor naar de gieren, “jullie nagels prikken in mijn nek en bijna in mijn ogen”. De Gieren vlogen weer omhoog en Tigor liet de broek om de billen van Zjifi los. “Jij zult slanker moeten worden!” gromde Tigor. Zjifi knikte ‘Ja’ en was heel blij dat Tigor niet op het idee kwam om maar een stukje van zijn billen te eten.
De broek bleef zo dagenlang zo strak zitten. De zon maakte de naakte huid van Zjifi waar geen strepen zaten lekker bruin. Zo bruin dat het wel bijna zwart leek. En zo liepen de twee vrienden meerdere dagen door Prettigland.
En eindelijk, op een goede dag lukt het Zjifi om de broek met zwarte strepen uit te trekken. En dan plotseling lachte Tigor onbedaarlijk. “GRRHAHAHA” klonk het. Zjifi was blij dat de broek eindelijk langs zijn billen omlaag gleed naar de grond. Waarom Tigor nou zo moest lachen, daar begreep Zjifi nog niets van.
De zon had in al die mooie zonnige dagen prachtige bruine, ja bijna zwarte strepen op de billen van Zjifi gemaakt waar geen kleding van Tigor zat. En die strepen van de zon, die kon Zjifi er natuurlijk niet vanaf krijgen.
De Gieren vlogen al dagen met de twee vrienden mee en zagen wat er was gebeurd met de billen van Zjifi.
Ook de Gieren moesten nu alweer heel hard lachen. “Je bent nu een twee dieren in één riepen zij samen”. “Ja”, sprak Tigor met een lach. “Je lijkt nu op een Giraffe en op een Tijger tegelijk.
De Gieren hoorden Tigor spreken en nog steeds gierend van de lach riepen zij luid, daar boven in de lucht, “Zjifi is geen Giraffe meer! Gitijgetje. Zjifi is een Gitijgetje!
Alle andere dieren op de grond hadden dat ook gehoord. Vanaf die dag, als de dieren de twee vrienden zagen lopen, dan zeiden zij tegen elkaar, “Kijk, daar gaan Tigor en Gitijgetje”.
Einde